Iedere kerk kent ze: ambtsdragers. Ouderlingen en diakenen die eventueel samen met de predikant of predikanten de kerkenraad vormen. Maar het is bijna overal hetzelfde liedje: moeite met het vinden van ambtsdragers. Het is soms dweilen met de kraan open. En toch lukt het vaak wel weer. Niet dat alle vacatures vervuld worden, maar het ambtswerk gaat door. Ik wil u graag in mijn gedachten meenemen. Niet om aan symptoombestrijding te doen. Maar misschien moet het anders?

De meeste kerken uit ons kerkverband zijn ontstaan in een heel andere samenleving. Diverse kerken  zijn al meer dan honderd jaar oud. Het was de tijd dat de kerk het dorp domineerde, de dokter en de predikant hadden aanzien. De ouderling en diaken genoten in enigermate status. In die tijd kenmerkte de kerk zich als een gemeenschap van gelijkgezinden die elkaar goed kenden en onderling sterk aan elkaar verbonden waren. Alle leden waren graag bereid de handen uit de mouwen te steken voor hun kerk. Als je gekozen was tot ouderling of diaken, stak je daar de nodige uren in. Bijna iedereen liet bij belangrijke beslissingen zijn stem horen, ook bij de verkiezing van ambtsdragers.

 

Diagnose

Maar in onze tijd ligt dat wel wat anders. Velen zijn op een lossere manier aan de kerk verbonden. Onder invloed van de individualisering zijn de motieven waarom mensen lid zijn van een kerk heel divers. Daarmee is de vanzelfsprekende gelijkgestemdheid en verbondenheid steeds verder te zoeken.

De kerk moet concurreren met allerlei vormen van vrijetijdsbesteding. Mensen stellen zich niet automatisch meer beschikbaar voor het vervullen van een ambt. Op de vraag ‘Zouden wij u kunnen kandideren’ komt dan vaak een bekend antwoord: ‘Daar heb ik geen tijd voor’. Dus: als ik wat doe dan moet het wel passen in mijn agenda. Dat zie je ook wanneer er een vergadering van de kerkenraad met de gemeente wordt uitgeschreven. In veel gevallen komt daar slechts een handjevol gemeenteleden naar toe. Maar tegelijkertijd zijn veel leden dan wel zo dat ze veel hogere eisen stellen: de kerk moet dit en de kerk moet dat. . .

En ook ten aanzien van de kwaliteit van de kerk worden deze leden kritischer. Ze gaan zich steeds meer als klanten gedragen. Het gevolg hiervan is dat de kerk en het functioneren van de kerkenraad steeds meer onder druk komen te staan.

 

Hoe nu verder?

De kerk is natuurlijk geen vereniging zoals een voetbalclub. Ten diepste gaat het binnen de kerk om de verkondiging van het evangelie van Jezus Christus en Die gekruisigd. Maar toch valt er van een goed draaiende vereniging wel iets te leren. Er zijn dan drie zaken waaraan we binnen de kerk als organisatie aandacht kunnen geven.

1. Strategie, wat voor kerk willen we zijn en welke koers willen we varen;

2. Structuur, wie doet eigenlijk wat binnen de kerk en hoe hebben we dat dan georganiseerd;

3. Cultuur, hoe gaan we met elkaar om, hoe zijn onze gebruiken. Maar vooral hoe wordt de verbinding gemaakt.

De uitdaging is ervoor te zorgen dat de kerk in balans is. Daarvoor zijn de drie genoemde punten van belang.

Ik schrijf dit met enige terughoudendheid. Want als het slechts om de hierboven genoemde punten gaat, dan missen we het wezenlijke van het kerk zijn. De kerk is namelijk niet van de leden maar van Jezus Christus. En daarom kun je toch zeggen dat het bovenstaande zwaarder voor de kerk weegt dan voor een vereniging.

Het probleem bij het niet vervullen van vacatures ligt niet bij de kerk of de kerkenraad, maar bij de gemeenteleden. Denk maar aan de jaarlijkse oproep van de kerkenraad om namen in te dienen van personen die men geschikt acht voor het ambt van ouderling of diaken. Slechts een beperkt aantal gemeenteleden maakt hier gebruik van. Waarom? Omdat men gemeenteleden vaak niet echt kent. Maar het komt ook voort vanuit een stuk ongeïnteresseerdheid: haalt mijn stem wat uit?

Daarin zal verandering moeten komen. Het moet weer ‘onze’ kerk worden. Niet een groep personen  die op zondag bijeenkomt slechts om te consumeren, maar die de hartelijke begeerte heeft samen te luisteren naar, te bidden tot en te zingen voor de Koning van de Kerk, Jezus Christus. Om elkaar als broeders en zusters, als jongeren en ouderen te ontmoeten rondom het woord van God, maar ook bij activiteiten binnen de kerk. Want het is toch ‘jouw’ kerk? Voor zover dat in jouw vermogen ligt ga je ervoor.

 

Levend lidmaat

Daar is natuurlijk zelfdiscipline voor nodig. Maar dat schept ook vreugde. Is dat gevoel er niet? Dan mag men zich wel eens afvragen hoe dat komt en zoeken naar de oorzaak hiervan. Binnen de kerk is men natuurlijk niet allemaal gelijkgestemd. We blijven mensen. Maar wel zijn we dienaren van Koning Jezus. Dan zijn we niet slechts consument maar willen we vooral meedenken en meedoen. Dan gaat er een andere geest heersen. Niet eentje van ‘men doet maar’. Nee, dan wil ik een levend lidmaat zijn, waarbij de hand de voet nodig heeft en het oor niet zonder het oog kan.

Dan gaat men tijdens bezoeken en kringgesprekken spreken over de vreugde en de zegen van het behoren bij de kerk.  Over hoe goed het is om mee te doen in allerlei activiteiten. In veel gevallen word je hiervoor gevraagd. Maar je kunt je toch ook aanbieden?  Of gewoon onderling om elkaar denken?

 

Pieter Sijtsma, Dokkum


Commentaar

  • Wereldverbeteraars 2024-05-03 13:31:31

    Wereldverbeteraars Met zijn boek ‘De meeste mensen deugen’ (2019), heeft Rutger Bregman zijn...

  • Nieuw leven 2024-04-19 17:47:34

    In januari begint het al: het wordt weer langer licht en de sneeuwklokjes gaan bloeien, en even...

  • Post 2024-04-06 07:36:05

    De laatste tijd valt het mee, maar het komt regelmatig voor dat de post wat vertraging heeft....

  • Lijdenstijd 2024-03-23 18:53:26

    Met de lijdenstijd lijkt onze samenleving niet uit de voeten te kunnen. Hoe anders is dat met...