Jezus heeft geen bomen laten spreken, zoals in sprookjes, maar wel brood en vis vermenigvuldigd vanuit brood en vis. En dat was niet zozeer een ‘vertoon’ van goddelijkheid, om te imponeren of om zijn goddelijkheid te bewijzen. Hij onderstreepte hiermee de relatie tussen God en de schepping: Heer, Maker, Eigenaar. Die het te zeggen heeft over alles wat leeft. En die gekomen is, zoals beloofd in het Oude Testament, om zijn koninkrijk te vestigen.
In het vorige artikel kwam aan de orde dat Jezus wonderen heeft gedaan die zeg maar een soort kopie waren van God universele scheppingsactiviteit aan het begin en in Zijn onderhoud van de schepping. Daarmee greep Jezus in zekere zin terug. Ofwel weerspiegelde Hij Gods werk. Genezingen, water in wijn veranderen, brood en vis vermenigvuldigen. De tweede groep wonderen waarover we het hier zullen hebben grijpen juist vooruit op wat God nog zal doen. Het zijn dus voorzeggingen, aldus C.S. Lewis in één van zijn opstellen in de bundel Zeebries der eeuwen.
Iets vreemds
Wonderen als voorzeggingen. De opstanding uit de doden is daar één voorbeeld van. Het lopen over het water een ander. De laatste is mogelijk een verwijzing naar de beheersing die de mens zal hebben over materie en energie.
Opstanding uit de doden staat natuurlijk haaks op wat we (denken te) weten over sterven. Dan valt immers ons organische materiaal uiteen? En het wordt elders in het heelal weer ‘opgenomen’ door andere (an)organismen? Iemands moleculen en atomen zijn na verloop van tijd overal en nergens. Trouwens, tíjdens je leven blijft dat ‘spul’ al niet hetzelfde qua samenstelling maar is het een komen en een gaan!
Binnen het raamwerk van de moderne wetenschap is opstanding uit de doden en het ‘herstel van alle dingen’ iets vreemds. En het ís ook vreemd. Maar dat het als vreemd wordt ervaren wordt veroorzaakt door het feit dat het blikveld van de moderne wetenschap smal is. En dat is geen verwijt maar noodzaak. Dat behoeft misschien even uitleg. Vergelijk de schepping met een balletje dat van een helling afrolt. Het rolt en het rolt, en de wetenschap is vol ijver om dat rolgedrag waar te nemen, om zo de geschiedenis (reconstructie) en ook de wetten (die gaan over het rolproces) vast te stellen. Bijvoorbeeld om vast te stellen dat organisch materiaal uiteenvalt en elders wordt opgenomen.
Om het hoekje kijken
Waar de wetenschap en waarneming níet over gaan en ook niet over kúnnen gaan is: dat God het balletje bovenaan de helling neerlegde. Want dat was vóór de schepping. En waar ook niks zinnigs over te zeggen valt is wat er gebeurt als dat balletje eenmaal níet meer rolt maar onderaan de helling tot stilstand is gekomen. Wat zijn dán de mogelijkheden? Het enige dat we met waarneming en wetenschap kunnen vaststellen gaat alleen maar over het gedeelte op de helling.
Wat een gedachte van Lewis! Dus met de opgestane Jezus kijken we feitelijk óm het hoekje. Dáár waar het balletje de afgrond raakt. Het is dat allesbehalve spreekwoordelijke dode hoekje waarachter een mens verdwijnt als hij sterft. Jezus mag dan misschien niet op elk moment zichtbaar of hoorbaar zijn voor onze zintuigen, maar er zijn vele getuigen tegelijk geweest (zo’n 500) die de Opgestane zagen en hoorden. Gelijktijdige massale hallucinatie is onwaarschijnlijk. De Emmaüsgangers en ook Paulus hebben Hem waargenomen. Dit alles is niet voor niks opgetekend! Ook later, tot op vandaag, zijn er mensen geweest aan wie Christus is verschenen. Hij lijkt als het ware maar één dimensie verderop te zijn. Of wellicht beter: Hij ís er, alleen nemen wij dat niet waar. Dat besef heeft erin gehakt, bij de Emmaüsgangers en bij iedereen die dit gelooft. Het koninkrijk is werkelijk nabij gekomen.
Heilige Geest
Voor ons mensen die zich altijd weer laten imponeren door onze beperkte waarneming is meer nodig dan zo’n bijzondere ervaring die immers zomaar weer verdampt. Heb ik het me verbeeld? Houden mijn zintuigen me voor de gek? Zijn die Emmaüsgangers met z’n tweetjes aan het hallucineren geslagen? Had Paulus overprikkelde hersenen op zijn reis naar Damascus? De rest van zijn gezelschap zag immers niks, hoorde enkel wat gerommel? Kan, zál ik wel vertrouwen op die Opgestane? Het is de Heilige Geest die ons overtuigt en ons zachtjes dringt om naar die Opgestane te luisteren. Want een normaal denkend mens bedenkt zoiets niet. Dat valt nou eenmaal, zo zagen we, buiten zijn gebruikelijke, beperkte waarneming en denkkaders. Een mens moet ontwaken uit zijn (doods)slaap.
Nynke Sikkema te Hoogeveen
N.a.v. C.S. Lewis, De zeebries der eeuwen; en andere essays, Van Wijnen: Franeker 2013, 288 p., € 14,95, ISBN 978 90 5194 4334.