Een vriendin met een moslimachtergrond vertelde hoe er scheuren waren gekomen in de stevige muren van haar religieuze overtuiging. Hoewel ze jarenlang haar best deed om als goed moslimmeisje te leven, en alles te doen wat er in de Koran van haar gevraagd werd, bood het haar geen innerlijke vrede. Ze zag dingen die niet klopten. De vastenmaand bijvoorbeeld, was in werkelijkheid een maand vol overdadige feestmaaltijden, die dan niet overdag, maar ’s nachts genuttigd werden. Wat had dit nog te maken met meevoelen met de armen of verootmoediging? Toen ze ouder werd, ging ze beseffen dat de Koran bepaald niet het beste voor had met haar als vrouw. Ze was geschokt toen als tiener haar uithuwelijking ter sprake kwam en nog meer geschokt toen ze begreep dat naar het voorbeeld van Mohammed meisjes al uitgehuwelijkt kunnen worden als ze nog geen tien zijn. Er was haar altijd verteld dat er geen groter voorrecht was dan geboren te worden als Moslim. Nu twijfelde ze daaraan. Ze ging opzoek en kwam terecht bij Jezus.
Aan de andere kant van de wereld was een jonge vrouw die een hele andere opvoeding had gehad. Haar was altijd verteld dat geloof een sprookje was. Religie veroorzaakte alleen maar ellende. Alleen hele domme, en waarschijnlijk kwaadaardige mensen geloofden nog in God. Tot ze een vriendin kreeg die christen was. Niks van wat haar verteld was over christenen bleek te kloppen. Vragen die altijd op de achtergrond hadden gespeeld, kwamen naar voren. Waarom bestaan we? Wat was er aan het begin van alle dingen? Hebben mensen een ziel of zijn onze gedachten en verlangens alleen maar een chemisch proces in onze hersenen? Ze ging lezen en kwam tot de ontdekking dat er hele intelligente christenen waren, die zelf atheïst geweest waren en met deze vragen hadden geworsteld. Haar zoektocht is nog volop bezig, maar het is duidelijk dat ze niet langer tevreden kan zijn met de werkelijkheid die haar was voorgespiegeld.
Beide vrouwen voelden een soort heilige ontevredenheid, zonder dat ze daar zelf om gevraagd hadden. Alsof God telkens een stukje van de sluier oplichtte, waaronder ze altijd geleefd hadden. Ik vraag me af hoeveel mensen op die manier tot geloof komen. Ze gaan op zoek, gedreven door onrust wanneer ze zien dat het oude niet meer voldoet. En dan, als het evangelie gehoord wordt, is er de herkenning dat dit is waar ze naar verlangden.
Die heilige ontevredenheid heeft ook een functie in de kerk. De reformatie en andere grote opwekkingen in de geschiedenis, vonden niet plaats omdat kerkmensen het allemaal wel best vonden en in gezapige tevredenheid de kerkbanken vulden. Het begon vaak met mensen die zagen: ‘zo kan het niet langer, we missen iets’. Zonden van de kerk werden aan het licht gebracht en beleden. Theologische dwalingen werden gecorrigeerd. En daaruit werd een vernieuwde kerk geboren.
Het doet mij verdriet als ik ervaringen hoor van mensen die niet meer naar de kerk willen gaan omdat er geen antwoord kwam op terechte gevoelens van ontevredenheid. Ze zagen een kerk waarvan het verhaal niet klopte. De zonde werd veroordeeld in preken, maar zonden van de kerkleiders werden toegedekt. Of er werd gezegd dat Jezus kinderen liefheeft, maar ondertussen vond misbruik van kinderen plaats. Of kerken hadden de mond vol van Sola Scriptura, maar ondertussen draaide het om geld en machtsspelletjes. Vaak werd geprobeerd om deze dingen aan te kaarten. Maar verandering bleef uit en mensen raakten ontmoedigd. Sommigen verlieten alleen de kerk, anderen verloren ook hun geloof. De kerk had het evangelie vertroebeld. Het is makkelijk om deze mensen te veroordelen als afvalligen. Maar zijn wij misschien onterecht tevreden geweest met een kerk die dringend vernieuwing nodig had? Zijn we reformatieweigeraars?
En dan is er nog de ontevredenheid met onszelf. Ik heb het dan niet over het soort ontevredenheid waar psychologen ons terecht tegen waarschuwen, maar over een gevoel van geestelijke onrust dat de kop op kan steken na jaren van christen zijn. Zit ik nog wel op de goede weg? Zijn mijn motieven nog wel zuiver? Staat het dienen van de Heere wel echt voorop? Groei ik geestelijk, of ben ik weggezakt? Ook deze ontevredenheid is Gods genade. Het voorkomt dat we ongemerkt afdwalen en het roept ons terug naar Hemzelf.
Het is het werk van de Heilige Geest wanneer mensen hun valse tevredenheid verliezen en er een verlangen groeit naar iets beters. Het is genade als God zijn kerk wakker schudt omdat ze dreigt te verstarren, af te dwalen of ten onder te gaan aan zonde. En het is een teken van Gods werk in ons wanneer er onvrede groeit en ons hart gevuld wordt met een verlangen naar heiliging, en naar meer gelijkvormigheid naar Zijn beeld. Mogen we deze ontevredenheid omarmen, zodat ze ons dichter bij Christus zal brengen.
Kim ter Berghe