Zij die zachtmoedig zijn, komen op voor het recht van God en de naaste, en weten af te zien van eigen recht. Dat kan betekenen dat zij daardoor klappen incasseren. Dat was ook het voorland van de discipelen. Zij zouden het zwaar te verduren krijgen. Maar Jezus bemoedigde hen.
Hij belooft het allerhoogste geluk aan diegenen die aan Hem verbonden zijn en Hem navolgen, ook op de weg van zachtmoedigheid.
Schijn
Paulus is een voorbeeld van iemand die steun vond in een dergelijke bemoediging. Hij kon – naar het schijnt – niet genieten van het goede van het leven, zoals wij dat kunnen. Hij had geen rustige oude dag. Hij werkte altijd, was steeds onderweg, en verduurde dag aan dag moeite. Waarom? Omdat hij opkwam voor het recht van God, en dat recht verkondigde, én omdat hij zondaren wilde doen delen in het heil in Christus Jezus.
Wat een ongeluk moest de apostel daardoor verdragen, zo lijkt het. Maar schijn bedriegt! Geen ongeluk voor de apostel, maar geluk! Jezus bemoedigde zijn discipelen toen Hij zei: in de wereld lijden jullie verdrukking, maar houd goede moed, Ik heb de wereld overwonnen. Uw einde is hemels geluk! Gelukkig de zachtmoedigen!
Paulus heeft dat ook zélf zo ervaren, denk ik, namelijk dat er voor hem geluk lag in het feit dat hij mocht lijden om wille van de naam van Christus. Hij zag daarin een teken dat hij echt aan Jezus verbonden was. Die verbondenheid was het allerhoogste en eeuwige geluk.
Zweep
Het ultieme voorbeeld van deze houding van zachtmoedigheid zien we in Jezus. Zo sprak Hij toch immers over zichzelf? Hij noemde zichzelf zachtmoedig en 'nederig van hart' (Mat.11,29). Zo ging Hij ook Jeruzalem binnen: Zie, uw koning komt tot u, zachtmoedig en rijdend op een ezel.
Deze zachtmoedigheid was geen slapheid. Jezus was in zijn optreden allerminst zachtaardig. Kijk maar naar de manier waarop Hij de handelaars aanpakte die het huis van zijn Vader tot een marktplaats hadden gemaakt. Maar Jezus knoopte een zweep! En met die zweep dreef Hij de handelaars en geldwisselaars de tempel uit. Hij zwaaide niet vriendelijk dreigend met die zweep. Reken maar dat er rake klappen vielen. En wat te denken van de vlijmscherpe woorden die Hij sprak aan het adres van de farizeeën en schriftgeleerden, in zijn strafrede tegen hen (Mat.24)?
Zo kwam Hij krachtig op voor het recht van zijn hemelse Vader en voor zijn discipelen. Hij kwam op voor armen en verdrukten. Moedig, en zacht, met veel liefde. Niemand was zachtmoediger dan Hij. De vrucht van de Geest (Gal.5,22) was Hem volmaakt eigen.
Afzien
Kenmerkend voor zachtmoedigheid is – zoals gezegd – onder andere afzien van eigen recht. En Jezus had enorm veel rechten. Alle recht, bij wijze van spreken. Hij was toch medeschepper van hemel en aarde? Door en tot Hem zijn alle dingen geschapen. Hij kwam naar de aarde die door en tot Hem gemaakt was, maar … Hij kwam zachtmoedig. Hij zag af van het recht op een koninklijke ontvangst, en het recht op een mooie woonplaats. Hij eiste dat recht niet op. Nee, Hij aanvaardde wat Hem werd aangedaan. Daardoor had Hij geen plaats waar Hij zijn hoofd kon neerleggen. Hij werd in dat opzicht zelfs minder dan de vossen en de vogels.
En dat terwijl Hij recht had en heeft op heel de aarde! Recht op eerbied en respect, aanbidding en lofprijzing. Recht op een troon! Maar Hij liet zich slaan en geselen, zich bespuwen en bespotten. Hoewel Hij de allerhoogste koning is, liet Hij zich nagelen aan het kruis. Waarom? Omdat het recht van zijn Vader moest doorgaan en niet mocht worden geschonden. Hij gaf zijn lichaam en bloed om aan dat recht te voldoen. En ook voor het recht van de zijnen die Hem door de Vader waren gegeven, om hen te redden uit de macht van zonde en dood, en recht te geven op het eeuwige leven.
Zachtmoedig. Dat is wat de Bijbel bedoelt: dat je opkomt voor het recht van God en voor het recht van de naaste, en dat je dan ook tegelijkertijd afziet van je eigen recht.
Honderdvoudig
In zijn bergrede bemoedigt Jezus zijn discipelen, die moeilijke tijden tegemoet zouden gaan. Petrus bijvoorbeeld zou gebonden worden, en worden gebracht naar een plaats waar hij niet naartoe wilde. In de ogen van de wereld was hij een verliezer, en heel ongelukkig. En ook allen die omwille van het geloof op zichzelf kostbare zaken verliezen. Maar Jezus zegt: Er is niemand, die huis of broeders of zusters of moeder of vader of kinderen of akkers heeft prijsgegeven om Mij en om het evangelie, of hij ontvangt honderdvoudig terug: nu, in deze tijd, huizen en broeders en zusters en moeders en kinderen en akkers, met vervolgingen, en in de toekomende eeuw het eeuwige leven. Zalig de zachtmoedigen, zij zullen de aarde beërven (volgende week de derde en laatste aflevering)
D.J. Steensma, Feanwâlden