Een leugentje om bestwil, dat doen we bijna allemaal wel eens. Met een vriend of vriendin over iemand praten die jullie allebei niet mogen, dat gaat meestal ook heel makkelijk. Vaak denk je dan achteraf: had ik het maar niet gedaan. Je voelt je een beetje slecht en eigenlijk schaam je je voor wat je hebt gedaan.
Wat hierboven staat zijn dingen die natuurlijk niet goed zijn, maar er kunnen nog veel grotere dingen zijn waar je je voor schaamt. Misschien schaam je je eigenlijk wel voor je geloof. Het kan soms heel moeilijk zijn om er voor uit te komen dat je christen bent en dat je dus gelooft in God. Je kunt dan het gevoel hebben dat mensen heel anders naar je gaan kijken en daarom zeg je maar niet dat je christen bent.
Wie zich in de Bijbel absoluut niet schaamt voor zijn geloof is Paulus. Dat blijkt wel uit wat hij schrijft in de brief aan de Romeinen. Waarschijnlijk is deze brief rond het jaar 56 verzonden vanuit Korinthe. Paulus was van plan om op zijn reis naar Spanje vanuit Klein-Azië ook Rome te bezoeken. In deze brief schrijft hij het volgende:
(Romeinen 1: 15-16.) 15 en daarom is het mijn wens het evangelie ook aan u in Rome te verkondigen. 16 Voor dit evangelie schaam ik mij niet, want het is Gods reddende kracht voor allen die geloven, voor Joden in de eerste plaats, maar ook voor andere volken.
Wat zo mooi is aan het verhaal van Paulus, is dat hij eerst helemaal niet geloofde. En het was niet dat hij alleen maar niet geloofde, nee, hij vervolgde de Christenen zelfs. Op een gegeven moment was hij onderweg naar Damascus, om ook daar de leerlingen van de Heer te gaan vervolgen. Toen werd hij ineens verblind door een fel licht en hoorde hij een stem uit de hemel. Hij werd blind en dat duurde een paar dagen, totdat hij door Ananias, een volgeling van Jezus, zijn zicht weer terug kreeg. Vanaf dat moment geloofde Paulus in God en Jezus en ging hij het evangelie verkondigen.
Je zou je kunnen voorstellen dat Paulus alles had stil gehouden over zijn bekering, omdat hij bang was voor de reacties van andere mensen. Maar hij ging het juist aan iedereen verkondigen en hij reisde naar vele plaatsen toe. Paulus schaamt zich dus absoluut niet voor het geloof en dat blijkt ook wel uit het stukje uit de brief aan de Romeinen wat hierboven staat.
Het verhaal wat we ook allemaal kennen is het verhaal van Petrus en de haan. Als Jezus gevangen is genomen en wordt verhoord, gaat Petrus achter Hem aan en bij een vuurtje zitten op een plein waar nog meer mensen zitten. Dan wordt er drie keer aan hem gevraagd of hij Jezus kent en of hij geen volgeling van Hem is. Petrus ontkent dat tot drie keer toe en begint zelfs te vloeken. Zodra de haan kraait, weet Petrus wat Jezus tegen hem gezegd had. Hij begint te huilen en schaamt zich heel erg. Achteraf moet hij ook drie keer tegen Jezus zeggen dat hij van Hem houdt. Gelukkig vergeeft Jezus het hem natuurlijk, maar het heeft Jezus wel teleurgesteld.
Natuurlijk kan het soms moeilijk zijn om dingen te vertellen over het geloof. Het is ook echt niet altijd makkelijk! Maar bedenk dan eens wat het belangrijkste is in je leven. Is dat niet je geloof in Jezus? Dat je gelooft dat je door Hem verlost bent van de macht van de zonde en de dood. Dat je vergeving en genade hebt ontvangen en zo weer vrij tot God mag komen? Voor zo’n mooie boodschap zou je je toch niet hoeven schamen? Dat zou eigenlijk iedereen in de hele wereld moeten weten en geloven.
Als er de volgende keer dus iets aan je wordt gevraagd over het geloof, denk dan eens even na over wat je gaat zeggen. Vertel je het eerlijk of schaam je je er stiekem nog een beetje voor?
Laura van Putten