‘Het topje van de ijsberg’. Dat is een bekend Nederlands gezegde waarmee we bedoelen dat het eerste teken van een vervelende zaak nog maar net zichtbaar is. Dit zou wel eens op kunnen gaan als het gaat om seksverslaving. Volgens deskundigen is seksverslaving na roken en alcohol inmiddels de derde verslaving van Nederland.
Je praat over seksverslaving wanneer iemand, dat kan een man of een vrouw zijn, zijn of haar seksuele gedrag niet meer onder controle heeft. Iemand wil er wel vanaf, maar kan dat niet. Niet iedereen die wel eens porno heeft gekeken op internet of verzeild is geraakt in een erotische chatbox is seksverslaafd. Zodra deze dingen echter een patroon worden, dat voor de persoon in kwestie niet meer bij te sturen is, dan spreek je van een verslaving.
Eigenlijk gaat seksverslaving niet zozeer om seks. Dat klinkt misschien een beetje raar, maar een seksverslaafde kijkt eigenlijk heel negatief naar zichzelf en vindt het lastig om op een goede manier voor zichzelf te zorgen. De seksverslaving is een manier geworden om lastige gevoelens, stressvolle situaties, conflicten, spanning, verveling of eenzaamheid uit de weg te gaan.
Seksverslaving lijkt wat dat betreft wel een beetje op een eetprobleem. Iemand met dat laatste gaat meestal eten als dezelfde dingen aan de hand zijn: stress, eenzaamheid, teleurstelling of: je ‘rot’ voelen.
Een andere overeenkomst tussen een seksverslaving en een eetstoornis is dat het bij beide gaat om een verkeerde manier van omgaan met iets dat eigenlijk goed is. Een seksverslaafde gaat op een verkeerde manier om met seksualiteit, een eetverslaafde met eten. Met zowel seksualiteit als eten is niets mis. Sterker nog: beide zijn gaven van God, maar tussen de manier van omgaan met deze dingen kan echter wel een wereld van verschil liggen.
De verslavingscirkel
In het woord 'verslaving' zit het woord 'slaaf'. Een slaaf is iemand die niet vrij is. Dat geldt ook voor een seksverslaafde. Een seksverslaafde is niet vrij als het gaat om de manier waarop hij of zij omgaat met seks. Elke keer als er iets naars gebeurt, bijvoorbeeld een conflict op het werk of met de partner, elke keer dat iemand zich eenzaam voelt of teleurgesteld, elke keer dat iemand eigenlijk een stukje troost zoekt dan vormt dit een aanleiding tot het opzoeken van de verslaving. Verslavingsdeskundigen hebben dat in schema gezet: de verslavingscirkel. Een seksverslaafde is zichzelf daar misschien niet zo van bewust, maar deskundigen maken het verslavingsgedrag op de volgende manier inzichtelijk:
De verslavingscirkel
De dingen die ik hierboven opsomde vormen de aanleiding tot het doorlopen van de verslaving cirkel. Zodra iemand zich vervelend, teleurgesteld, bang, boos, verdrietig of wat dan ook maar voelt, begint het fantaseren over seks of het dwangmatig denken aan een seksueel hoogtepunt. Vervolgens heeft iemand een bepaald ritueel, een bepaalde gewoonte om dat hoogtepunt te bereiken: voor de één is dat het zoeken van sekssites op internet, voor de ander flirten met mannen met als doel gemeenschap met hen te hebben. Dit zoeken resulteert uiteindelijk in een seksueel hoogtepunt dat volgt op het dwangmatige seksuele gedrag. Iemand voelt zich daarna schuldig en schaamt zich over zijn of haar gedrag. In de cirkel is te zien dat die gevoelens ertoe kunnen leiden dat iemand het rondje weer opnieuw maakt. Dat is het verdrietige van een seksverslaving: de verslaving houdt zichzelf op een gegeven moment in stand.
Wat er achter ligt
Hoe komt het nu dat iemand op een gegeven moment verslaafd raakt aan seks? Om die vraag te beantwoorden begin ik even heel algemeen. Heel simpel gesteld zou je kunnen zeggen: waren er geen zonden, dan waren er geen seksverslaafden. Het bestaan van seksverslaving is iets van na de zondeval, het is een vertekening van goede en gezonde seksualiteit, zoals God het bedoeld heeft.
Toch raakt niet iedereen seksverslaafd. Het blijkt dat veel mensen die hiermee worstelen in hun jeugd bevestiging hebben gemist. In hun jeugd zijn ze te weinig of niet bevestigt in hun man of vrouw-zijn. Bij iemand die bevestiging gemist heeft is er een innerlijk tekort. Dat tekort kan de voedingsbodem voor een verslaving worden. Het blijkt dat veel seksverslaafden vooral emotioneel te kort gekomen zijn.
Het kan echter een valkuil te zijn om je blind te staren op seksverslaving alleen. Het kan helpen om wat breder te kijken. Elk mens is in min of meerdere mate dingen te kort gekomen in zijn jeugd en elk mens heeft een onrustig hart dat verlangt naar de aanwezigheid van God. Ieder mens die God niet kent is op zoek om de innerlijke leegte van binnen te vullen. Augustinus heeft ooit gezegd ‘Gij hebt ons geschapen tot U, o God, en onrustig is ons hart totdat het rust vindt in U’. Het hart van elk mens die God nog niet kent is onrustig, leeg en op zoek.
Seksverslaving is eigenlijk maar één van de manieren om de innerlijke leegte te vullen. Sommigen vullen de leegte die er oorspronkelijk in elk menselijk hart is met hard werken. Anderen denken de leegte te vullen met hun bezit. Onbewust denken ze: ‘Ik ben wat ik heb’. Weer anderen vinden het heel belangrijk wat anderen van hen zeggen of denken. Ik trek het bewust een beetje breder, omdat het farizeeërtje in ons, die niet seksverslaafd zijn, zo gemakkelijk kan wijzen naar iemand die dat wel is. Misschien is het goed om eens bij jezelf na te gaan op welke manier jij een bepaalde leegte of onrust in je leven probeert te verdrijven met iets anders of met iemand anders dan de Heere God.
De Samaritaanse vrouw
In de Bijbel zie je een duidelijk voorbeeld van iemand die de leegte in haar hart op de verkeerde manier probeerde te vullen. Ik zeg niet dat de Samaritaanse vrouw seksverslaafd was. Wel had ze een probleem met mannen. De Heere Jezus confronteert haar met de leegte in haar leven. Eigenlijk is de vrouw diep ongelukkig. Op het heetst van de dag gaat ze water putten op een moment dat iedereen lekker binnen zit. Wat moet die vrouw eenzaam geweest zijn. Ik denk ook dat ze eenzaam was in haar relaties, want ze zoekt het bij de ene na de andere man. En op het laatst is ze zo teleurgesteld dat ze niet eens meer de moeite neemt met die man te trouwen. Maar dan op een dag zit er bijzondere Man bij de put: een jood die haar, een Samaritaanse vrouw, iets heel kostbaars aanbiedt. Levend water..., maar daarover de volgende keer meer.
Rotterdam
Martijn Weststrate
Martijn Weststrate is wetenschappelijk medewerker van de Theologische Universiteit Apeldoorn en pastoraal werker Oude- of Pelgrimvaderskerk