Op dit moment wordt er een enorme oorlog gevoerd. Een oorlog waarover je
niks hoort in het journaal of leest in de krant. Een oorlog die al
wordt gevoerd sinds het ontstaan van de aarde. Een oorlog waar het gaat
om leven of dood, jouw leven of dood.
Dit is wat Paulus ons laat zien. God vecht een oorlog met de duivel. De
duivel probeert mensen van God weg te trekken. Hij probeert jou en mij
te verleiden het slechte te doen. Dat gaat dan om leven of dood. Want
bij God zijn betekent eeuwig leven. Bij de duivel is niks anders dan
dood. Sinds Adam en Eva heeft de duivel dat geprobeerd mensen weg
trekken van God. Toen verklaarde God de duivel de oorlog, Hij zou laten
zien wie de sterkste is. Daar zei God ook dat er strijd zou zijn tussen
de mensen en de duivel, de duivel die jou probeert te verleiden. Dat
probeert hij door jou zelf heen, door je verkeerde gedachten en
gevoelens te geven. Maar ook via dingen om je heen. Verkeerde
tv-programma?s, spelletjes of vrienden. Achter allerlei dingen
verschuilt de duivel zich. Verleidingen van de duivel om jou weg te
trekken bij God. Waarom? Omdat de duivel niets liever ziet dan dat Gods
kinderen hem niet willen kennen, hij wil God verdriet doen.
Lees meer: De geestelijke strijd
Elke zondag horen we ze weer: de tien geboden. In onze kerk wordenze
elke zondagmorgen voorgelezen. Vaak in een lange vorm, maar soms ook in
een korte vorm. Dat noemen we de samenvatting van de wet. Deze
samenvatting heeft de Here Jezus gegeven. De ?lange? wet is aan het
volk Israel gegeven toen ze door de woestijn trokken. De wet is dus al
duizenden jaren oud. Wat moeten wij er dan nog mee?
Niet verdiend.
De tien geboden zijn aan de Isra?lieten gegeven toen ze door de woestijn
trokken. De Here God had de Isra?lieten uit het land Egypte van de
slavernij verlost. De Here gaf de Isra?lieten deze regels, die vertelden
hoe ze de Here God moesten dienen. Dat klinkt simpel, misschien zelfs
een beetje opdringerig. Maar dat is het helemaal niet! De Isra?lieten
hadden de Here God zoveel verdriet gedaan, dat ze het nooit verdienden
om bij de Here God te horen. Maar de Here God wilde wel met hen te maken
hebben. Daarom was het ook zo heel, heel bijzonder dat de Here God die
regels gaf, want de Here God had meer dan het volste recht om heel het
volk Israel te doden. Door die regels liet God zien dat God van het volk
hield. Nu wisten ze hoe ze de Here moesten volgen. Als Hij dat eens
niet gedaan zou hebben?
Lees meer: Je mag NIET!
Alle eeuwen door zitten mensen al in de put, soms echt, maar soms voelt
het ook zo. God helpt, en dat laat hij ons ook duidelijk zien.
Jozef zat in de put. Een hele diepe en oude waterput. Het was daar vies
en donker. Als je naar boven keek, zag je net nog een streepje ligt. Hij
was daar niet zomaar gekomen. Net 17 jaar, lievelingszoon van zijn
vader Jakob. Zijn andere broers, 11 in getal, waren daardoor ook
jaloers. Jozef was het lievelingetje. Ook had hij last van die rare
dromen. Nee, zijn broers moesten niet zoveel van hem hebben. Op een dag
ging hij bij zijn broers, die bij de schapen waren, kijken en toen wilde
ze hem doden. Waren ze eindelijk van hem af. Zo?n hekel hadden ze aan
Jozef gekregen, zijn eigen familieleden. Ze gooiden hem in de put, om
daar te sterven. Maar een van zijn broers kreeg medelijden en zorgde
ervoor dat ze Jozef verkochten als slaaf. Jozef bleef vertrouwen op God,
die hij had leren kennen van zijn vader. De meeste van jullie weten
vast wel wat er daarna allemaal gebeurde. Jozef wordt gebracht naar
Egypte, werkt daar als slaaf bij Potifar en wordt weer opgesloten in de
gevangenis, maar wordt dan zelfs onderkoning. Van slaaf tot onderkoning!
Hoe kwam dat?
Lees meer: Uit de put
Twijfel in het geloofsleven. Het kan de beste overkomen. Dat blijkt wel
als we de Bijbel openslaan. Bijvoorbeeld in Lucas 7. Daar treffen we een
twijfelende Johannes de Doper aan. De man die eerder met zoveel vuur de
komst van Jezus de Christus aankondigde, die lijkt nu geestelijk aan de
grond te zitten en te twijfelen aan zijn eigen levenswerk. Dat blijkt
wel de vraag waarmee hij twee van zijn discipelen naar Jezus stuurt:
?Zijt Gij het, die komen zou, of hebben wij een ander te verwachten??
Misschien had ook deze profeet iets andere verwachtingen van de Messias
die hij had aangekondigd. Grote woorden had hij gebruikt over dopen met
de Heilige Geest en met vuur en over het scheiden van het (geestelijke)
kaf van het (geestelijke) koren. En toen kwam Jezus, nog door Johannes
zelf gedoopt, met een optreden dat op het eerste gezicht toch wat minder
spectaculair was. Misschien daarom ook wel die vraag: bent U het echt?
Lees meer: Hoop voor de twijfelaar
?En zij kwamen tot Hem van alle kanten? (Marc. 1: 45)
Vroeger, toen Jezus nog rondliep op aarde, was alles beter. Toen kon je kon Hem horen, zien en aanraken. Toen trok ?het geloof? nog scharen (menigten) vol mensen. Maar ja, toen was geloven ook nog makkelijk h?. Je had het ?Voorwerp? van je geloof dicht bij de hand. Nu moeten we het doen met een stoffig oud boek en een abstract Persoon als de Heilige Geest. Voelt dat niet te vaak als een soort slap aftreksel van ?the real deal? (Jezus)? Toch is deze situatie, zonder lichamelijke aanwezigheid van onze Heere en met de Heilige Geest in ons midden, een heel praktische. Ja, je leest het goed: we houden het nu ?ns lekker praktisch. Denk maar eens terug aan wat je ooit gehoord en/of gelezen hebt over de dagen dat Jezus hier op aarde was. Wat komt je dan tegen? O, je wilt hints? Prima! Wat dacht je van die ?vier mannen en hun zieke vriend, die niet kan staan of lopen?? Of van die keer dat Jezus een boot inging en vanaf het water onderwijs gaf, omdat de oever van het meer afgeladen was met mensen? Marcus schreef het al: de mensen ?kwamen tot Hem van alle kanten.? Als je wilt weten wat de gevolgen zijn van al die drukte om Zijn persoon, hoef je alleen maar te denken aan die vier mannen van die hint. Toen zij hun verlamde vriend bij de Heere wilden brengen, konden zij dit niet ?vanwege de schare? (Marc. 2: 4). Tijdens zijn aardse bestaan was Jezus namelijk maar op ??n plaats tegelijk, met de nadelen van dien.
Op dit moment wordt er een enorme oorlog gevoerd. Een oorlog waarover je
niks hoort in het journaal of leest in de krant. Een oorlog die al
wordt gevoerd sinds het ontstaan van de aarde. Een oorlog waar het gaat
om leven of dood, jouw leven of dood. 
Elke zondag horen we ze weer: de tien geboden. In onze kerk wordenze
elke zondagmorgen voorgelezen. Vaak in een lange vorm, maar soms ook in
een korte vorm. Dat noemen we de samenvatting van de wet. Deze
samenvatting heeft de Here Jezus gegeven. De ?lange? wet is aan het
volk Israel gegeven toen ze door de woestijn trokken. De wet is dus al
duizenden jaren oud. Wat moeten wij er dan nog mee?
Alle eeuwen door zitten mensen al in de put, soms echt, maar soms voelt
het ook zo. God helpt, en dat laat hij ons ook duidelijk zien.
?En zij kwamen tot Hem van alle kanten? (Marc. 1: 45)