Daar staat ze.
Een haarlok bedekt een gedeelte van haar gezicht. Ze merkt het niet. Haar ogen zijn gesloten.
Haar handen in een teer gebaar gevouwen, alsof ze iets kostbaars vasthoudt.

De dagen zijn kort en de nachten lang. De zon heeft zich al dagen lang verstopt achter een grijze mantel. Advent is begonnen.
In de supermarkten liggen kerststollen en suikerbrood verleidelijk uitgestald.
Kalkoenen hebben zich bij hun lot neergelegd, of hangen naakt aan hun poten in de koelcellen. Nog eenmaal zullen ze op temperatuur komen, om daarna voorgoed te verdwijnen.
In veel kerken worden tijdens de diensten adventskaarsen ontstoken. Er wordt gepreekt over bekende- of minder bekende teksten.
En ik?

Franca Treur pakt je. De manier waarop zij de dingen vertelt, neemt je mee, en je beleeft er ook iets van mee. Het is niet voor niets dat in een bespreking van deze roman in het Reformatorisch Dagblad geschreven wordt dat het leven van Ina, de hoofdpersoon van het boek, ‘uiterst herkenbaar’ is ‘voor alle refomeisjes van haar generatie.’ Dat heeft de uitgever dan ook meteen in een zilverkleurige sticker op de stofomslag geplakt. En dat maakt – misschien ook wel – dat velen het boek gelezen hebben.

Afdalen naar de gewone wereld met de levenbrengende woorden van God in je rugzak. Eindelijk kan en mag er op aarde geleefd worden naar de bedoeling van de Schepper. Eindelijk is in mensenwoorden vervat wat de bedoeling van het leven op aarde nu eigenlijk is. Uiteraard valt te verwachten dat deze woorden niet zomaar begrepen kunnen worden. Maar als je net bij God vandaan komt dan weet je dat het alles waard is om die woorden te bestuderen, te overdenken, te bespreken en gaandeweg te leren uitvoeren. In die woorden zit het leven. In die woorden zit vrede en recht voor alle mensen. Die woorden zijn de tastbare aanwezigheid van God zelf. Die woorden vragen om geloof en overgave. Die woorden zijn meer dan de mens en de mensheid. Vol verwachting klopt zijn hart.

Mousa was een van de eerste gasten in de nieuwe bbb+ opvang van INLIA in Groningen. Moussa komt uit Guinee, een van de armste landen ter wereld en het natste land van West-Afrika. Reizigers wordt afgeraden het land te bezoeken, vanwege de grote sociale onrust en de corruptie. Moussa vluchtte er weg omdat hij zijn leven er niet zeker was, als lid van een minderheidsgroepering. In maart 2015 kwam hij in de opvang bij INLIA. Gedesillusioneerd omdat zijn asielverzoek was afgewezen. De droom om hier een nieuw leven op te bouwen en zijn kinderen over te laten komen, leek steeds verder weg.

De Bijbel noemt ieder die gelooft 'heilig': apart gezet, en toegewijd aan God. In de geschiedenis van de kerk komen wij heiligen tegen die op een bijzondere manier toegewijd hebben geleefd. Af en toe zullen wij een van hen in de schijnwerper zetten. Want zij mogen niet vergeten worden. Hun voorbeeld wil bemoedigen en inspireren.

 

Als het aan Geert Grote (1340-1384) had gelegen was de Domtoren in Utrecht er niet gekomen. Een tekst waarin hij protest aantekende tegen de bouw is ons overgeleverd.

Commentaar

  • De kerk is van Christus 2025-11-22 08:42:05

    De Christelijke Gereformeerde Kerken stonden voorheen bekend om hun diepe verlangen om elkaar vast te...

  • Breuklijnen en haarscheurtjes 2025-11-08 11:06:04

    De wereld is mooi. Wie op vakantie is, zoekt die schoonheid en zal daarvan genieten, eventjes...

  • Je eigen bijbeltje 2025-10-24 07:32:22

    Zeven jaar oud was ik, bijna acht. Ik herinner me nog goed dat ik naar voren mocht komen in de...

  • Privé 2025-10-11 07:31:53

    Vanaf het begin van deze maand is op tv de documentaire Sextortion te zien. Bij sextortion wordt...