Taal
Bij eenzaamheid denk je vaak aan oudere, alleenstaande mensen, niet meer zo mobiel, kinderen wonen ver weg misschien. Op zorg wordt bezuinigd, tijd voor een praatje ontbreekt.
Maar staat u er weleens bij stil dat er ook een andere eenzaamheid bestaat, namelijk van mensen die niet of zeer gebrekkig de Nederlandse taal spreken? Sommigen daarvan wonen te midden van landgenoten, dan valt het misschien nog mee. Maar denk eens aan vluchtelingen, die alles hebben moeten achterlaten. Hun huis, hun familie en vrienden, de vriendjes van de kinderen. Vaak was er niet genoeg geld om de hele familie in veiligheid te brengen, dus de kinderen zijn in Nederland, de ouders ver weg achtergebleven in een gevaarlijk land. Ze zijn vaak getraumatiseerd, daardoor is het moeilijk voor hen zich te concentreren op een vreemde taal. Als ze een verblijfsstatus hebben, gaan ze waarschijnlijk wel naar school om Nederlands te leren, maar thuis spreken ze hun eigen taal. Gelegenheid om dat vreemde Nederlands in de praktijk te oefenen is er weinig, ze hebben geen werk, weinig contact met de buurt. En juist omdat ze zo slecht Nederlands spreken en verstaan is de kans op werk klein. Zo draaien ze in een kringetje rond.