Midden Oosten
Diep onder de indruk van wat we net van onze broeders uit Jordanië en Syrië hebben gehoord, gaan we bidden. Efeze 3 vers 14 en 15 is daarbij onze leidraad.
‘Daarom buig ik mijn knieën voor de Vader van onze Heere Jezus Christus, naar Wie alle geslacht in de hemelen en op aarde genoemd wordt, opdat Hij u geeft, naar de rijkdom van Zijn heerlijkheid gesterkt te worden door Zijn Geest in de inwendige mens.’ Er zijn drie gebedsronden. Eerst bidden we om vrede, daarna om veiligheid en ten slotte om vrijmoedigheid. Dat laatste is volgens de gebedsleider wel wat vreemd, want dat gaat in tegen de eerste twee gebedsonderwerpen: vrede en veiligheid. Vrijmoedigheid kan je in gevaar brengen. Het brengt je in gevaar. Toch gaan we het doen.




‘Ja, ik weet het nog…’ Mevrouw De Vries begon te praten in de groep. Over de straten vol kerkgangers op weg naar de zondagse kerkdienst. Over de volle kerken en de grote groepen jongeren die met Pinksteren belijdenis deden. Heel levendig en enthousiast vertelt ze over hoe het toen was. En daarom klinkt het ook zo hard, als iemand haar ineens onderbreekt met de woorden: ‘Ja, allemaal mooie verhalen van vroeger, maar… even terug naar nu. Wie doet binnenkort het licht uit?’
Vandaag de dag zijn mensen mondiger dan ooit, vooral in westerse samenlevingen. Hoe gaan we pastoraal om met dit ‘type mens’ dat zich niet zomaar wat laat gezeggen?