Waarheid aan het ziekbed
Hij heette Ebel. Hij was zo'n 20 jaar, enige en nog ongetrouwde zoon van een weduwe. Hij had pas verkering met een leuk meisje, verpleegster in het AMC te Groningen. Onverwacht kreeg hij een ernstige kanker. Hij werd erg ziek en opgenomen in het ziekenhuis. Zijn moeder verbood iedereen, ook mij, met Ebel te praten over het erge van zijn ziekte. De dokters konden niets meer voor hem doen. Het zou sterven worden.
Ik ging hem bezoeken. We praatten over van alles en nog wat, behalve over de ernst van zijn ziekte. Het waren geen echt fijne gesprekken. Na een paar bezoeken hield ik het niet meer vol. Voor mij was het of ik steeds zat te liegen aan zijn bed. Ik ging naar zijn moeder toe en zei haar, dat ik dit niet meer volhield, vol kón houden. Ebel had er recht op te weten, hoe het er bij stond. Ik deelde zijn moeder mee, dat ik er voor zou zorgen dat haar zoon zijn situatie te weten zou komen. Ze sputterde erg tegen, maar ik bleef bij mijn standpunt.




Op vrijdag 7 februari nam prof. dr. A. Baars afscheid als hoogleraar aan de Theologische Universiteit Apeldoorn. Ruim achttien jaar heeft hij predikkunde gedoceerd. Ook gaf hij les in andere praktisch-theologische vakken, die direct de praktijk van het predikant-zijn raken.
Een zendelinge uit China maakte me er op attent. Ze legde me uit dat het niet goed is om te spreken over ‘de vervolgde kerk’, als we het over vervolgde christenen hebben. We suggereren daarmee dat er een vrije kerk is en een vervolgde kerk. Dat kan niet, want er is maar één lichaam van Christus, één kerk en die kerk wordt vervolgd. We horen dus allemaal bij de vervolgde kerk. De vervolgde christenen zijn gewoon onze broers en zussen. Dat heeft consequenties. Stel je voor, je komt uit een gezin met een aantal broers en zussen en enkelen van hen worden mishandeld en bedreigd. Wat doe je dan? Natuurlijk alles wat in je vermogen ligt om ze te helpen en te beschermen. Dat is toch logisch. Nou ja, wat doen we dan voor onze vervolgde broers en zussen? Als we eerlijk zijn te weinig. De afstand tussen hen en ons is groot. Wat kunnen we daar aan doen? We kunnen beginnen met ons te laten informeren, over hen te lezen. Maar we kunnen nog verder gaan. Door al die vluchtelingen die onze kant op komen is het nu ook mogelijk om mensen van daar persoonlijk te ontmoeten. Dat helpt heel erg om dichterbij het vervolgde deel van de kerk te komen.
Het is boeiend om te zien in welke tijd een liedboek is ontstaan, en de invloed van die tijd te ontdekken. Nu valt dat niet altijd mee, omdat een liedboek doorgaans een verzameling liederen uit alle tijden kent en ook liederen uit andere landen.