Kunnen wij op grond van de Bijbel zeggen, dat God ook vandaag Israël op het oog houdt? Is er daarom hoop voor Israël? Of moeten we de beloften uit de Bijbel losmaken van de werkelijkheid van vandaag; omdat het in de Bijbelse beloften uiteindelijk alleen over de kerk gaat, degenen die geloven in Jezus Christus uit Joden en heidenen? Over die vragen ging het tijdens de vormingscursus van het afgelopen seizoen. Drie keer kwam de speciale relatie met Israël aan de orde. Eén keer ging het met name over Gods beloften voor Israël. Wat hebben die ons vandaag nog te zeggen?

We zijn begonnen met Efeziërs 2 en 3. Daarin spreekt de apostel Paulus over de verhouding van heidenen (onbesnedenen) en Joden in het lichaam van Christus. Paulus noemt het een groot geheimenis - dat eeuwen lang verborgen is gebleven, maar nu geopenbaard is - dat heidenen mogen delen in de beloften van God voor Israël. Vroeger waren de Efeziërs nog uitgesloten van het burgerrecht van Israël, zegt Efeziërs 2:12. Toen waren ze zonder God en zonder hoop.

De Heere openbaart zich in de Bijbel als een God van liefde en genade, voor zondaren. Maar soms niet, zo lijkt het. Bijvoorbeeld in de opdracht van God aan Israël om de Kanaänieten uit te roeien (Deut. 7). Israël mag hen géén genade bewijzen. Wat betekent dat en wat ‘moet’ je als christen vandaag met zo’n hoofdstuk?

In het vorige artikel zagen we wat het uitroeiingsbevel inhield. In dit artikel ga ik in op de theologische vragen die Deut. 7 oproept.

Beeld van God

Ten eerste, wat betekent het gebod om de Kanaänieten uit te roeien voor het beeld van God dat ons in het Oude Testament gegeven wordt? Het is immers de HEERE, Die de uitroeiing gebiedt en die actief betrokken is bij de uitvoering ervan.

Een tijdje geleden hebben we u gevraagd om te vertellen over hoe u uw vakantie doorbrengt.

Onderstaande reactie kwam van familie Van Dam uit Leeuwarden.

Al heel vaak brachten we onze vakanties door bij onze dochter, man en kinderen in de Verenigde Staten, meestal twee weken in het voor- of najaar. Ze wonen aan de oostkust, dicht bij de Atlantische Oceaan. We draaien dan helemaal mee in het gezin. Afgelopen herfst hadden we weer geboekt voor begin april, de tijd rond Pasen. In de tijd tussen boeken en vertrek is bij mij (Gerrit) opnieuw kanker geconstateerd, met de wetenschap dat deze keer menselijkerwijs geen genezing mogelijk is. Gelukkig kon de reis wel doorgaan. Extra bijzonder was het voor ons dat deze keer, die voor ons mogelijk de laatste keer samen was, onze oudste kleinzoon met ons meereisde naar zijn oom en tante, nicht en neven.

Ik was nog maar kort predikant in Mussel. Er kwam een eerste vrije zondag. Nu had ik als kandidaat nog een zondag beloofd aan een vacante gemeente, helemaal in het Zuiden van ons land. Daar ging ik zaterdagavond heen met trein en bus en kwam dan maandagmorgen terug. Ik zou bij een ouderling logeren. Dat ging allemaal goed. Het bleek dat ik die zondag ook nog een tweeling moest dopen. Heel apart.

Nu was er in deze gemeente een heel oude emeritus-predikant van bijna 82 jaar. Ik zei tegen de ouderling, dat ik die wel graag wilde bezoeken. Dat zou dan kunnen na het avondeten. Deze ouderling deelde mij echter mee, dat er niet zo best met die oude collega te praten viel. Want hij zat vreselijk met de dood, die hij voelde aankomen. Hij kon niet in vrede sterven.

Vandaag de derde en laatste bijdrage van ds. Van den Boogert over de lessen over Israël die hij behandelde tijdens de vormingscursus.

Pasen en Pinksteren vertellen ons over het ontstaan van Israël als volk van God. God sluit met zijn volk een Verbond. Elke Israëliet mag in de weg van geloof toetreden tot dit verbond. We zouden dat ‘een eerste bekering’ kunnen noemen. Een ieder die schuilt achter het bloed van het lam mag als een verlost mens leven. De Here rekent hem zijn zonde niet toe. Nu leeft Israël binnen het Verbond. Het mag leven naar Gods wil. Maar wat moet er gebeuren als er gezondigd wordt binnen het verbond met God. Dat zijn geen zonden meer die ‘in onwetendheid’ gedaan worden. Gaat God daar ook zomaar aan voorbij? Neen! Naast een ‘eerste bekering’ is een ‘dagelijkse bekering’ nodig. Daarover gaan de joodse najaarsfeesten die uitlopen op het derde pelgrimsfeest, het Loofhuttenfeest (Lev. 23:42-43).

Commentaar

  • Ver van ons bed 2024-09-27 17:32:11

    Een korte zoektocht op het internet leert me dat er ooit een programma op de televisie was, dat de...

  • Laatste en eerste 2024-09-14 09:19:44

    Dit is mijn zesenveertigste en laatste commentaar voor dit mooie Kerkblad voor het Noorden. Na...

  • Horrorgezinnen 2024-08-31 08:28:17

    Wat een pijnlijke vertoning op de onlangs gehouden democratische conventie in Chicago. Niet ver...

  • De kerk met reces? 2024-08-16 14:24:12

    Daags na mijn verjaardag in juni zijn mijn man en ik er tussenuit gepiept. Eigenlijk hebben we te...