Met een groep van dertig personen gingen we naar Bolivia, jaren geleden. Een schooltje bouwen, kinderclub doen, dat soort dingen. De deelnemers kwamen uit alle delen van (kerkelijk) Nederland. Ieder met zijn of haar eigen achtergrond, ideeën en manieren. Genoeg aanleiding voor boeiende gesprekken binnen zo’n groep.

Een delegatie van de groep, uit Krimpen aan de Lek of uit Alphen aan de Rijn of zo, zou een aantal naaimachines namens hun kerk schenken aan een lokale vrouwenbeweging in Bolivia. Zo’n vrouwenbeweging, dat was niet zomaar wat, dat bleek al gauw. Dat waren stoere vrouwen met een duidelijk beeld van de wereld om hen heen, met een duidelijke mening over de kost verdienen, een eigen mening over de rolverdeling man-vrouw. Geen dames om ruzie mee te krijgen.

 

Reactie op het artikel van Douwe Janssen in het Kerkblad voor het Noorden 13 met als titel: Zondagavond.

Toen ik dit artikel las, kwam mij dit verhaal uit de Eerste Wereldoorlog heel bekend voor. Twee zwaargewonde, stervende soldaten. Een Duitser en een Fransman, twee vijanden. Totdat ze beide gingen bidden in hun eigen taal, ze konden elkaar niet verstaan maar hoorden beide de naam Jezus in het gebed van de ander. Ze haatten elkaar, maar vonden elkaar in de naam Jezus. De ene had dorst en de ander probeerde met moeite hem nog wat drinken te geven. Het verhaal eindigt met de zinnen: 'Zó zijn ze dicht bij elkaar gestorven. De twee vijanden – die tóch waren: twee kinderen van God.'

Velen hebben moeite met de tekenen en wonderen die in de Bijbel staan beschreven, ook met de opstanding van Christus uit de doden en met zijn hemelvaart. Maar als we daarmee moeite hebben, dan kunnen we toch ook niet verwachten dat Hij terugkomt? Het verhaal van Jezus is dan geëindigd met zijn sterven.

 

Wat is de inhoud van het geloof zonder de belijdenis van de wederkomst? Dan is de zondagse prediking een leeg gebeuren. Dan stelt het geloof niets meer voor. Als wij alleen voor dit leven onze hoop op Christus hebben gebouwd en zijn wederkomst niet verwachten, zijn wij de beklagenswaardigste van alle mensen (vgl. 1 Kor. 15, 14. 19).

Want Hij die redder wordt genoemd, zal geen redder zijn. Hij zal niet terugkomen. De redding blijft uit: 'We dachten dat we verzoend waren, maar waren dat dus niet. Het was een waandenkbeeld. Dan zijn we verloren.'

Wanneer we onze menselijke ervaring laten heersen over het woord van God, is er geen andere conclusie mogelijk. Jazeker, we lezen de Bijbel met de bril van onze tijd en met die van onze menselijke ervaring en persoonlijke beleving. Maar zijn ons verstand, onze ervaring en de cultuur waarin we leven, uiteindelijk beslissend in onze uitleg van de Bijbel?

Vorige maand werd een vriend van een vriend van me, op een zaterdagmiddag voor het Centraal Station in Amsterdam, aangeklampt door drie Iraniërs. ‘Church?’, ‘church?’ vroegen ze. Ze wilden naar een kerk. De aangesprokene was enigszins in verwarring door deze onverwachte vraag. Het was nu zaterdag en waarom wilden deze mannen zo graag naar de kerk? Gelukkig kwam hij snel bij zijn positieven en zei: ‘morgen, om tien uur is er kerk, als jullie hier morgenochtend om half tien staan, ben ik er ook. En zo gebeurde het. Samen begaven ze zich naar de Noorderkerk. Ze troffen het, er was nog een kerkganger uit hun regio en die kon voor vertaling zorgen. Na de dienst werd er koffie gedronken. Toen het moment van afscheid nemen gekomen was, gaf een van de Iraniërs aan dat hij nog een vraag wilde stellen. Dat kon. ‘Kan ik gedoopt worden?’ vroeg hij. Er ontstond een lichte paniek. Zo’n vraag krijg je niet na elke preek. Op verzoek vertelde de Iraanse gast zijn verhaal. Hij was in Iran tot geloof in Jezus gekomen. Direct was hij opzoek gegaan naar een kerk. Dat valt daar niet mee. Maar na lang zoeken, vond hij een kleine gemeente van etnisch Armeense christenen. Die mogen in het islamitische Iran als gemeente samenkomen, omdat ze van huis uit christenen zijn. Maar de voorganger schrok hevig toen onze broeder hem de vraag stelde: ‘kan ik gedoopt worden’. Als hij er in zou bewilligen een ex-moslim te dopen, zou het gelijk de laatste dienst zijn. ‘Als je gedoopt wilt worden’, zei hij, ‘dan moet je naar Europa gaan’. De nieuwe gelovige had zijn raad opgevolgd. Er volgde een barre tocht. Grote delen van de reis werden lopend afgelegd. Onderweg kwam hij nog twee reisgenoten tegen. Toen hij eindelijk in Amsterdam aangekomen was, ging hij gelijk weer op zoek naar een kerk. Je zou kunnen stellen dat wij met z’n allen die kerk zijn. Er zijn vluchtelingen die op zoek zijn naar een kerk. De vraag is, zijn we er klaar voor? De wereld is op drift. Je ziet heel angstige ontwikkelingen, maar tegelijk gebeuren er ook heel verassende dingen. Opnieuw de vraag: zijn wij er klaar voor?

Ik stond nog maar heel kort in mijn eerste gemeente Mussel, toen ik van een zeer oude en blinde zuster uit de consulentgemeente Onstwedde een verzoek kreeg bij haar te komen. Ze wilde me, vóór ze ging sterven, spreken. Ik er naar toe. Ik vroeg wat ze wilde zeggen. 'Doomnie', zei ze, 'ik heb zoveel zonden, ik weet niet, of ze mij vergeven worden!' Ze begon met haar vinger allemaal kruisjes te zetten op de deken van het bed, waarin ze lag. Ik vroeg haar: 'Zijn dat al uw zonden?' 'Ja', zei ze, 'en er zijn er nog veel meer!'

Commentaar

  • Redenen tot dankbaarheid 2024-11-23 09:35:54

    Op het moment dat ik dit commentaar schrijf, is het dankdag voor gewas en arbeid. De Bijbel op...

  • Skincare routine 2024-11-09 16:44:34

    Vandaag de dag zijn er heel wat filmpjes op Youtube te bekijken die gaan over het verzorgen van je...

  • Dirk de Groot 2024-10-25 17:15:47

    Woensdag 6 november aanstaande is het, D.V., dankdag voor het gewas en de arbeid: we brengen onze...

  • Israëlzondag 2024-10-11 17:20:39

    Afgelopen zondag is in veel kerken aandacht besteed aan de bijzondere band van ons als...