Vorig jaar voelde ik het even, een klein beetje angst. Op een zondagmorgen woonden we een doopdienst bij. De meeste dopelingen hadden een islamitische achtergrond. Een van hen was zelfs een voormalige Iman. Er was ruchtbaarheid aan de dienst gegeven. Niet iedereen zat lekker. Maar er gebeurde niets.

 

Nee, we hoeven hier niet bang te zijn voor bomaanslagen, of voor bendes die schietend de kerk binnenvallen. We hoeven ook niet angstig om ons heen te kijken en ons af te vragen wie de verrader is. Wij niet. Wij leven in rust en vrijheid. Hoe vrij we zijn kunnen we ons alleen nog realiseren als we op reis gaan naar onvrije landen, of als we luisteren naar de vluchtelingen in ons midden. Soms proberen we ons te verwonderen over onze vrijheid. Dat lukt maar moeilijk. We zijn er gewoon aan gewend, we weten niet beter.

Een ‘vrolijke ruil’, zo noemde Luther wat Christus voor de zijnen heeft gedaan. Hij nam hun schuld en zonde, zij ontvangen zijn gerechtigheid.

In dit kerstnummer staan we erbij stil dat de Zoon van God werkelijk mens werd. Om met ons te ruilen. Al te gemakkelijk kunnen we zijn komst naar de aarde beleven als ‘God in een soort mensengedaante’. We gaan er dan aan voorbij dat Hij echt mens is geworden. Maar dat is niet terecht. Hij wás echt mens. En dat heeft een rijke betekenis voor óns mens zijn. Vandaag al.

 

Die woorden klinken zo nu en dan in de kerk: 'en is mens geworden'. Ze zijn afkomstig uit de geloofsbelijdenis van Nicea: de Zoon van God is neergedaald uit de hemel en is vlees geworden door de Heilige Geest uit de maagd Maria en is mens geworden… En dat om ons mensen en om ons behoud.

 

Dat is het evangelie in notendop: de Zoon van God is mens geworden. Hij was daartoe bereid en heeft dat werkelijkheid gemaakt. Je moet er niet aan denken dat Hij dat niet zou hebben gedaan. Zou er dan kennis van God zijn geweest? Redding uit verlorenheid? Zouden dan niet alle mensen reddeloos verloren zijn gegaan? Dan waren wij allen nog slaven geweest en gebonden in de meest duistere gebondenheid. Dan lagen wij allen nog midden in de dood. Maar … Hij ís mens geworden! Om ons mensen en om ons behoud.

Het idee dat God mens is geworden is voor ons niet te vatten. We doen er van alles aan om Jezus ‘op te hemelen’. Zijn goddelijke glorie moet er toch constant wel doorheen stralen. Wie de Bijbel serieus neemt moet constateren dat Jezus voluit mens is geworden. Er zijn maar enkele teksten in het Oude Testament die iets van zijn goddelijke glorie suggereren. De meesten daarvan ook nog weer in verband met zijn koninklijke afkomst en status. Veel vaker echter tekent het Oude Testament hem als mens, als de verguisde en vergruisde mens. Jesaja 53 geeft daarvan wel de meest aangrijpende tekening.

De aarde en haar mensheid. Een oord dat geteisterd wordt door de vloek. Van armoede. En van schande en verwerping. Waar ziekte en zwakheid hun tol eisen. Waar ook de vloek van de  dood heerst. Een plek waar allerlei soorten hulp welkom is. Voedselhulp, medische hulp, het leger, psychologische hulp of zandzakken tegen overstroming. Maar het blijft behelpen.

Mét het sturen van Jezus stuurt God ons een allesomvattende oplossing voor de problemen waarin we als mensheid gevangen zitten. Een oplossing voor de vloek die als een deken over ons bestaan ligt uitgespreid.

Commentaar

  • Redenen tot dankbaarheid 2024-11-23 09:35:54

    Op het moment dat ik dit commentaar schrijf, is het dankdag voor gewas en arbeid. De Bijbel op...

  • Skincare routine 2024-11-09 16:44:34

    Vandaag de dag zijn er heel wat filmpjes op Youtube te bekijken die gaan over het verzorgen van je...

  • Dirk de Groot 2024-10-25 17:15:47

    Woensdag 6 november aanstaande is het, D.V., dankdag voor het gewas en de arbeid: we brengen onze...

  • Israëlzondag 2024-10-11 17:20:39

    Afgelopen zondag is in veel kerken aandacht besteed aan de bijzondere band van ons als...