Op de voorlopig laatste dag van de synode werd gesproken over een drietal onderwerpen: over kerkorde en kerkrecht, over de minimumbijdragen van de kerkleden aan de kerkelijke kassen, en over revisieverzoeken. Zoals ik al eerder schreef: de bespreking was achter gesloten deuren omdat dit was voorgeschreven door de procedure bij de behandeling van revisieverzoeken. Voor een dergelijk voorschrift zijn goede redenen. Maar daarover gaat het nu niet. Wel over de uitspraak die de synode deed.
Een aantal kerken zou graag zien dat de synode een kerkelijke uitspraak uit 2013, zou terugnemen of wijzigen. Toen sprak de synode uit dat seksuele omgang tussen mensen van gelijk geslacht niet in overeenstemming is met het Woord van God. Een kerkenraad zal gemeenteleden die een dergelijke omgang kennen, moeten aanspreken. Hij moet dan de weg van kerkelijke vermaning gaan, in de gezindheid van Christus. Wat strijdt met het woord van God, moet ook zo worden benoemd.
Zeventien kerken vroegen herziening van die uitspraak: Amersfoort, Apeldoorn-centrum, - oost en -zuid, Boskoop, Den Haag, Gorinchem, Gouda, Groningen, Hilversum, Leeuwarden, Purmerend, Utrecht-centrum, Veenendaal-Bethel, Zoetermeer en Zwolle. De taak van de synode was om te kijken of datgene wat deze kerkenraden aandroegen, reden was de uitspraak te herzien. Het kon zijn dat de synode in 2013 iets over het hoofd had gezien of iets verkeerd had beoordeeld. Daartoe heeft een synodecommissie een rapport opgesteld, dat nu te vinden is op de website www.cgk.nl.