'Dat zwarte kousenkerkje verderop? Geen idee wie dat zijn. Een clubje mensen dat op zondag met hun auto’s hier het kerkplein vullen, zodat ik er lastig langs kan lopen als ik mijn hond uitlaat. Maar verder weet ik niks van ze', sprak de meneer bij wie Marjan zojuist had aangebeld voor een kleine enquête.

 

Ze verschoot van kleur. Tjonge, dat was rake taal. En van de mensen die ze zojuist bij de markt gesproken had kreeg ze niet veel anders te horen. Dat was dus het beeld, wat de buurtgenoten van de kerk hadden: onbekend, gesloten en storend. Daar was ze zich nooit bewust van geweest. Maar goed, ze wilden een beeld krijgen van hoe de buurt over deze kerk, de noden van de buurt en over ‘geloven’ dacht, dus dan moest ze nu maar even de harde klappen opvangen. Ze beet op haar lip om niet in de verdediging te schieten, maar te blijven luisteren naar deze buurman. Dat was eigenlijk best lastig, om goed te blijven luisteren!

Is dat wel waar? We geloven toch een 'algemeen christelijke kerk'? Velen denken bij 'katholiek' direct aan Rome. Maar dat is niet terecht. We mogen een heel mooi, oud woord niet zomaar weggeven aan de paus.

 

 

Onze kerken hebben samen met andere kerken het woord 'katholiek' willen bewaren, vanwege zijn rijke inhoud. Het staat namelijk vermeld in de uitgave van de apostolische geloofsbelijdenis zoals die mede in opdracht van onze kerken in 1983 is uitgegeven.

Wat we daarmee zeggen? Dat de kerk er vanaf het begin van de wereld is geweest en er tot het einde toe zal zijn. Want Christus is een eeuwig koning die niet zonder onderdanen kan zijn, aldus de Nederlandse Geloofsbelijdenis (27). Zo belijdt ook onze Heidelbergse Catechismus: de Zoon van God vergadert zich vanaf het begin van de wereld tot aan het einde uit de gehele mensheid een gemeente (54).

Het is een rijke aanduiding, waarin we twee Griekse woorden herkennen, namelijk kata, dat 'over' betekent, en holos, dat 'geheel' betekent. Zestien eeuwen geleden gaf Cyrillus, bisschop van Jeruzalem, daarvan een mooie uitleg.

Diep onder de indruk van wat we net van onze broeders uit Jordanië en Syrië hebben gehoord, gaan we bidden. Efeze 3 vers 14 en 15 is daarbij onze leidraad.

‘Daarom buig ik mijn knieën voor de Vader van onze Heere Jezus Christus, naar Wie alle geslacht in de hemelen en op aarde genoemd wordt, opdat Hij u geeft, naar de rijkdom van Zijn heerlijkheid gesterkt te worden door Zijn Geest in de inwendige mens.’ Er zijn drie gebedsronden. Eerst bidden we om vrede, daarna om veiligheid en ten slotte om vrijmoedigheid. Dat laatste is volgens de gebedsleider wel wat vreemd, want dat gaat in tegen de eerste twee gebedsonderwerpen: vrede en veiligheid. Vrijmoedigheid kan je in gevaar brengen. Het brengt je in gevaar. Toch gaan we het doen.

De caravan staat op de ons aangewezen plek. Mijn vrouw doet een puzzel, ik zit voor mij uit te staren. De stilte om me heen voelt goed, maar wordt onderbroken door een groet van een man. De rol closetpapier onder zijn arm zegt dat hij op weg is naar het toilet. Een lichte wind-vlaag doet de bladeren van de eucalyptusboom ruisen en neemt iets van de warmte, die nog tussen de caravans hangt, mee.

Een tortelduif zoekt op het kleed naar gevallen broodkruimels.

Ik registreer het, maar mijn gedachten zijn elders.

Zittend op een andermans grasveldje, waarvoor ik ook nog betaal, vraag ik me af: ‘Waarom zijn we van huis vertrokken? En hebben dat, van alle gemakken voorzien, achter ons gelaten? Is het een vorm van vrijheidsdrang?’

Ik schrik op van een vloek die, zonder doel te treffen, tussen de caravans vliegt. De achter-buurvrouw probeert haar man iets duidelijk te maken.

‘Ja, ik weet het nog…’ Mevrouw De Vries begon te praten in de groep. Over de straten vol kerkgangers op weg naar de zondagse kerkdienst. Over de volle kerken en de grote groepen jongeren die met Pinksteren belijdenis deden. Heel levendig en enthousiast vertelt ze over hoe het toen was. En daarom klinkt het ook zo hard, als iemand haar ineens onderbreekt met de woorden: ‘Ja, allemaal mooie verhalen van vroeger, maar… even terug naar nu. Wie doet binnenkort het licht uit?’

 

Het zijn de woorden die niemand uit durft te spreken. En juist daarom klinken ze zo hard, het lijkt alsof ze nagalmen in de hoogte van de kleine dorpskerk. De afgelopen jaren hebben ze het wel gezien in de dorpen verderop: de mensen werden ouder en overleden, jonge mensen trokken weg vanwege werk of uit onvrede en de kerkdeur viel ten slotte voor de laatste keer in het slot.

Commentaar

  • Redenen tot dankbaarheid 2024-11-23 09:35:54

    Op het moment dat ik dit commentaar schrijf, is het dankdag voor gewas en arbeid. De Bijbel op...

  • Skincare routine 2024-11-09 16:44:34

    Vandaag de dag zijn er heel wat filmpjes op Youtube te bekijken die gaan over het verzorgen van je...

  • Dirk de Groot 2024-10-25 17:15:47

    Woensdag 6 november aanstaande is het, D.V., dankdag voor het gewas en de arbeid: we brengen onze...

  • Israëlzondag 2024-10-11 17:20:39

    Afgelopen zondag is in veel kerken aandacht besteed aan de bijzondere band van ons als...