Van Eisenach naar Bethlehem
In de eerste drie hoofdstukken schetst Kant de ontwikkeling van het anti-judaïsme en het antisemitisme door de eeuwen heen. Om in het vierde hoofdstuk de protestantse nazi-ideologie in Duitsland te bespreken. Men wilde een Duitse kerk die van Joodse smetten vrij was. Verder wilde men ook de Bijbel zuiveren en werd ontkend dat Jezus een Jood was. De Joden werden gitzwart afgeschilderd en beschuldigd van corruptie en machtswellust. Ze zouden een gevaar vormen voor de wereldvrede en voor het welzijn van Duitsland. Naar de overtuiging van Kant vloeiden deze opvattingen logisch voort uit het eeuwenoude anti-judaïsme en het daaruit geruisloos ontstane antisemitisme.
Deze laatste conclusie trekt hij wel heel vlot, maar overigens is het een verdienste dat hij deze theologie die correspondeerde met de nazi-ideologie aan de kaak stelt. Het is werkelijk onbegrijpelijk en schokkend wat ook gerenommeerde Duitse theologen op dit punt hebben durven beweren.