Zonde in Oudwoude
Zaterdag las ik in het Volkskrant Magazine een artikel over Oudwoude, het dorp van Jasper S., de moordenaar van Marianne Vaatstra. Het was geschreven door de nicht van een van de dominees van Oudwoude. Als zoon van een van de collega’s van haar oom heb ik de behoefte te reageren.
Oudwoude komt er niet best af in wat ik las. Onheil hing altijd in de lucht. Geweld sluimerde onder de oppervlakte. De wereld van de mensen die er wonen was klein, heel klein. Mensen die een dorp verderop woonden werden bezien als vreemd, als gevaarlijk. De moeder van de schrijfster kwam uit het Gooi. In een korte typering zet de auteur het verschil neer: “Je moeder praat als de koningin.”




Aan de monding van de rivier de Meles, die uitstroomt in de Golf van Izmir, ligt nu de gelijknamige stad Izmir. Deze havenstad aan de oostkust van Turkije behoort tot een van de oudst bewoonbare plaatsen van Anatolië.
'God hebben', dat is het hoogste goed. Daarvoor moet je, zei Augustinus (354-430), meer doen dan het volgen van een aantal regels. Nodig is een eerlijk en oprecht leven. Zelf streefde hij daarnaar. Hij prees dat leven ook anderen aan. Paul van Geest heeft een prachtig boekje uitgebracht over levenskunst volgens Augustinus.