De overtocht
Ze zitten alle drie stijf tegen elkaar aan op een smal houten bankje. Twee jongens en een meisje. Alle drie een jaar of zestien. Een half jaar geleden zagen ze elkaar voor het laatst. Toen zaten ze ook zo stijf tegen elkaar aan. Dat was op een boot op de Middellandse Zee. Van Libië naar Italië. Samen met een kleine driehonderd man. De eerste poging mislukte, de tweede keer haalden ze de overkant.
‘Het was heel angstig, je vergeet het nooit meer.’ In 2018 verdronken er 2.262 vluchtelingen op de Middellandse zee. Veel aandacht krijgen ze niet. En dan hebben we het nog niet over de reis die Eritrese vluchtelingen over land moeten maken naar het verschrikkelijke land Libië. En het wachten daar. Wat zou ons drietal allemaal al achter de rug hebben? ‘Wat deden jullie aan boord’, vroeg ik, omdat je toch iets wilt vragen. ‘Zingen en bidden’ klonk het eenparig. Het antwoord ontroerde me. ‘Zijn jullie dat blijven doen?’ Er volgde een aarzelend, ‘ja’.