Onterechte boosheid
Maar Ik zeg u …(1)
Jezus ontleende het onderwijs dat Hij gaf, voor een belangrijk deel aan de wet van Mozes en de uitleg daarvan door de profeten. Maar de Heiland bleef niet staan bij letterlijke teksten uit oude geschriften, en de uitleg die de schriftgeleerden daarvan gaven. Hij wilde dat de zijnen de diepste bedoeling van de wet van God zouden verstaan.
Christus deed in zijn bergrede een zestal uitspraken die uit twee delen bestaan: een constatering, en eigen onderwijs (Mat.5,21-48). Dat onderwijs leert wat God echt bedoelde met zijn wet. Je bent daaraan niet trouw als je blijft staan bij de letterlijke betekenis van die woorden, of je eigen invulling daarvan. Pas wie de bedoeling van God echt ter harte neemt, is trouw aan de wet en de profeten. Zijn gerechtigheid is dan groter dan die van de schriftgeleerden en de farizeeën (5,20), die van zichzelf beweerden dat zij trouw waren aan de wet en de profeten, maar dat ondertussen niet waren.