Onder de poort
De oude bleef in de deuropening staan. Een beetje sneeuw was op de mat en over zijn voeten gevallen toen hij de deur open deed. Verrast had hij naar zijn voeten gekeken. Nu dwaalde zijn blik rond door de straat en links over het grote plein van de stad. Helemaal wit. En niet zomaar een beetje wit, een complete metamorfose. Was bij het slapen gaan de stad nog vrieshelder geweest, nu was hij warmwit bedekt onder koude deken, die nog verried waar alle dingen stonden voordat het ging sneeuwen.
De oude zou deze dag de eerste zijn die het plein over zou steken. Misschien was dat alle andere dagen ook wel zo, maar dan kon je het niet zo overduidelijk zien. Vandaag wel. Geen mens, zelfs geen kat in de nacht had de dikke laag witheid verstoord met zijn spoor.