In 1986 verscheen bij een evangelische uitgeverij een boek van een tot dan toe onbekende anglicaanse ethicus van Schotse origine: Oliver O’Donovan (geb. 1945). De titel was verrassend: Opstanding en morele basisstructuur. Die titel zal niet iedere lezer meteen aanspreken. Daarom eerst maar enige uitleg. Het woord ‘opstanding’ verwijst naar de opstanding van Christus, en de term ‘morele basisstructuur’ laat zien dat O’Donovan ervan uitgaat dat de geschapen wereld niet een chaos is, waarin we zelf uitmaken wat goed en kwaad is, maar dat God Zijn schepping zo heeft ingericht dat goed doen gezegend wordt. Het vijfde gebod laat daar iets van zien: je vader en moeder eren heeft als belofte dat je lang leeft en dat het je goed gaat! Maar wat heeft de opstanding van Christus te maken met de ‘morele basisstructuur’ van ons bestaan? Het laat zich gemakkelijk verstaan dat de manier waarop de Schepper de wereld heeft gemaakt en ingericht direct betekenis heeft voor hoe wij ons leven vormgeven. Maar heeft de opstanding van Christus direct betekenis voor ons leven in deze wereld?

Naar: Marcus 15: 16-23 NBV

 

Ooggetuige worden van een grote gebeurtenis, onderdeel zijn van een sleutelmoment in de geschiedenis, terwijl je daar op het moment zelf geen flauw benul van had. Zo stel ik mij de figuur van Simon van Cyrene voor. Die ‘toevallige’ passant die gedwongen werd om het kruis van Jezus te dragen.

 

En je denkt terug: waar was ik ook alweer op 11 september 2002, toen ik hoorde van de aanval op de Twin Towers in New York? Of op 9 november 1989, tijdens de val van de muur in Berlijn? Of de treinkaping bij De Punt, die duurde van 23 mei tot 11 juni 1977? Veel mensen weten dat nog. Schokkende beelden komen naar boven.

Maar, kun je dat vergelijken met wat deze toevallige passant Simon van Cyrene overkomt. De val van de muur en de aanval op de Twin Towers waren diezelfde dag wereldnieuws. Je keek life mee. En iedereen besefte: vandaag is er iets veranderd in de wereld.

Ester 3:1 – 5:14: Strijd

 

Het boek Ester is een bijzonder Bijbelboek. Alleen al omdat Gods naam er niet in voorkomt. Het is lang omstreden geweest. Het is ook een geliefd boek, want het vertelt een schitterend verhaal. En juist vanwege de schijnbare afwezigheid van God is het een boek dat vandaag de dag heel veel te zeggen heeft. Want de tijd waarin we vandaag de dag leven, lijkt in veel opzichten op de tijd die in Ester beschreven wordt. Daarom is het interessant om op zoek te gaan naar de boodschap van het boek Ester en de aanwezigheid van God, ook als Hij niet genoemd wordt. Wat heeft het boek ons vandaag te zeggen? We hebben inmiddels koning Ahasveros, Ester, Mordechai en Haman voorbij zien komen. In dit artikel gaan we kijken naar de strijd die er oplaait.

 

Haman is zwaar gekrenkt als Mordechai niet voor hem wil buigen. Als hij erachter komt dat Mordechai een jood is, dan gaat hij helemaal door het lint. Niet alleen Mordechai, maar zijn hele volk moet eraan. Amalek en Israël staan weer tegenover elkaar. En het gaat er hard aan toe. Haman heeft alle macht die je kunt hebben. De hoogste positie, rechtstreeks toegang tot Ahasveros – hij kan eigenlijk doen wat hij wil. En dat doet hij…

 

De classisvergadering bestond uit een middagdeel, waar onder leiding van ds. H. J. Th. Velema gesproken werd over kerk-zijn. Na een korte inleiding werd in kleine groepjes doorgesproken over dit onderwerp. Wat voor de een een bijzaak is, is voor een ander een hoofdzaak. Dat maakt het elkaar begrijpen soms moeilijk. Is er ruimte voor verschillend verstaan van de Schrift? Willen we elkaar vertrouwen, liefhebben en vasthouden? De kern is voor iedereen Dezelfde: Jezus Christus en die gekruisigd en opgestaan.

In een serie van korte artikelen wil ik samen met u en jullie kijken naar wat we de Orde van dienst noemen. De dingen die gebeuren in een kerkdienst. Want elk onderdeel heeft zijn eigen rol en achtergrond, maar kennen we die nog? Het lijkt ons goed om als het ware de boel af te stoffen en ons af te vragen: waarom doen we de dingen die we doen?

 

De collecte en de Bijbel

Al vanaf het allereerste begin heeft de Heere Zijn volk laten zien dat Hij ze niet zegent zodat ze alles zelf kunnen houden, maar dat Zijn zegen wil bewerken dat zij het vervolgens mogen doorgeven om de Heere groot te maken en de naaste te dienen. Hoe dit terug- en doorgeven van Gods gaven zich door de Bijbel heen ontwikkelt kunnen we hier niet uitgebreid behandelen. Wat we wel willen aanstippen is dat het geven van gaven vanaf het allereerste begin niet optioneel was, maar een gegeven feit. Je krijgt van God en dus geef je door. Zo wordt er in o.a. Leviticus 27: 30-33 gesproken over het geven van tienden. De Here God, de Eigenaar van alles, zegt dat het tiende van gewas en vee van Hem is en dat Hij daar recht op heeft. Ook in Numeri en Deuteronomium geeft de Heere op dit gebied duidelijke aanwijzingen op dit vlak.

 

Commentaar

  • Voorjaar 2025-04-12 09:38:55

    Het kan niemand ontgaan zijn, het voorjaar hangt in de lucht. Heerlijk om weer even in het...

  • Veertig dagen Paaspodcast en Spotify 2025-03-28 18:37:35

    Nog een paar weken en dan vieren we opnieuw het Paasfeest. Dat betekent dat we voor wat betreft...

  • Asjera’s terugkeer 2025-03-15 08:38:30

    De profetische uitspraak: ‘Het is God of de afgoden,’ van de christenfilosoof prof. dr. ir. H. van...

  • Vergeving 2025-03-01 08:23:23

    Als ik vanuit mijn studeerkamer naar buiten kijk, zie ik een witte wereld. Begin februari viel er...