De broeder bij wie ik op huisbezoek kwam had gelijk: we moeten gericht
zijn op de eer van God. Hij voegde eraan toe dat we niet gericht mogen
zijn op ons eigen hemels genieten na ons sterven. Dan zou ons motief
voor het dienen van God niet zuiver zijn.
Het was deze toevoeging die enige aarzeling bij mij opriep. Zou die
opmerking waar zijn? Zou de aandacht voor de eer van Here staan
tegenover het verlangen naar het hoogste genot? Zou het streven naar de
hemelse blijdschap ten koste gaan van het grootmaken van Gods naam?
Een catechismus uit 1648 biedt uitkomst. Het is een leerboekje dat een
vrucht is van de doorwerking van de Reformatie in Engeland. De
allereerste vraag van deze catechismus luidt: 'Wat is het belangrijkste
doel van de mens?' Het antwoord is: 'Het belangrijkste doel van het
leven van de mens is het verheerlijken van God en het hebben van volle
eeuwige vreugde in Hem'. De opstellers van deze catechismus verbinden
zonder probleem de vreugde in God met zijn verheerlijking. Beide staan
niet tegenover elkaar, maar naast elkaar. Juist in het verlangen naar
vreugde in Hem wordt onze Schepper verheerlijkt. Hoe wordt Hij meer
verheerlijkt dan dat de zondaar zijn vreugde in Hem vindt?
Lees meer: Volle eeuwige vreugde
Het zijn dagen vol gedenken en feest geweest. Bevrijdingsdag, Moederdag
en de... zondag. Kransen werden gelegd, vlaggen uitgestoken, cadeaus
gegeven en links en rechts een knuffel voor moeder. Mooi is dat.
Ontroerend ook. Maar het zijn ook altijd de dagen van het gemis en de
moeite. De vreugde kan nooit onbekommerd zijn. Altijd is er te rekenen
met de schaduwzijde van het feest. Wat er aan vooraf ging, wat en vooral
wie er gemist wordt. We hangen onze zegekransen altijd op kruisen. Dat
moet je stil maken en dat wel langer dan twee minuten. Hoe tast je als
dominee op de kansel naar woorden om én stem te geven aan de vreugde én
stem te geven aan verdriet. Stralend in zomerjurk en broek zitten ze
daar voor je. Mannen, vrouwen, kinderen, vaders en moeders. En je wilt
juichen.
Lees meer: Teer
Of ik nog commentaar heb? Ik dacht het wel. Zo erger ik me meer dan
verschrikkelijk aan dat meisje dat de hele dienst zit te pingen met haar
Blackberry. Waar ik me trouwens ook zo aan irriteer zijn mensen die
altijd iets sneller zingen dan de gemeente; altijd weer een woord
vooruit. En dan heb ik het nog niet eens gehad over hoe schandalig ik
het vind dat ouderen uit de gemeente massaal verstek laten gaan wanneer
er een jeugddienst is. Ondertussen spreken ze er wel schande van als
jongeren ‘hun’ dienst niet zien zitten. Gestoord word ik overigens ook
van een predikant die alles al vier keer herhaald heeft en het daarna in
het dankgebed nog een keer dunnetjes over doet.
Wat me trouwens ook een gruwel is, is het slecht bespelen van het orgel.
En die ouderling zonder stropdas hoeft wat mij betreft niet herkozen te
worden. En nu ik toch bezig ben: ook de tucht stelt niks meer voor
tegenwoordig; hoort u er dan nog wel eens wat van? Ik zou anders best
wat kandidaten weten. En dan heb ik het nog niet eens gehad over die
nieuwe Bijbelvertaling. Alles van waarde hebben ze gewoon wegvertaald.
Een schande zeg ik u! Ik snap die kerkenraad niet; als ik het voor het
zeggen had ….
Misschien hebt u ook wel zo’n rijtje irritaties, ergernissen en andere
agressie’triggers’. Ik ga er voor het gemak maar van uit dat vrijwel
alle gemeenteleden zaken kunnen noemen waaraan ze zich storen. Die ze,
als zij het voor het zeggen hadden, per direct zouden veranderen.
Lees meer: Grote verzoendag
We hebben deze week Bevrijdingsdag gevierd. En wie bewust daarbij op 4
mei herdacht heeft wie in de diverse oorlogen gesneuveld zijn, soldaten
en burgers, weet maar al te goed dat vrijheid duur betaald wordt. Zeker
in Nederland is de vrijheid een groot goed.
Wie op het wereldtoneel wat rondkijkt, ziet in deze tijd een grote
vrijheidsbeweging in de Arabische landen. Je merkt dat ook deze wat
afgesloten landen door allerlei moderne technieken in aanraking komen
met vrijheid van denken, vrijheid van spreken en politieke vrijheid.
De basisbeginselen van de rechten van de mens gelden over heel de
wereld. Tegelijkertijd zien wij ook hoe sommige machthebbers en absolute
vorsten hechten aan macht. Ze deinzen er niet voor terug om op hun
eigen burgers te schieten, zoals in Tunesië en Syrië. De beelden op de
TV zijn te gruwelijk om getoond te worden.
In de periode dat wij in Zuid-Afrika woonden en werkten, hebben wij de
afschaffing van de apartheid meegemaakt, de onderdrukking van de zwarte
mensen door de blanken. We hebben gezien hoe groot de angst voor wapens
en brute macht kan zijn. Als op zondagmorgen militaire auto’s door de
straten reden, dan doken de mensen in de kerken op de grond. We hebben
daar ook de bevrijding meegemaakt en de eerste vrije stemming. Drie
dagen lang, in lange rijen en met grote vreugde. Ik heb gezien wat
onderdrukking doet aan mensen en ik heb gezien wat vrijheid doet aan
mensen.
Lees meer: Bevrijdingsdag
Ik las een verhaal. Het gaat als volgt. ‘Ongeveer honderd jaar geleden
[vandaag de dag is het ongeveer honderdenvijftig jaar geleden, NV] zat
Rabbi Izak Meir Alter van Ger na te denken over de vraag hoe het nu
moest met het ochtendgebed van een man die hij kende. De man in kwestie
was schoenlapper, en zijn klanten waren zo arm dat ze maar één paar
schoenen bezaten. De schoenlapper was gewoon hun schoenen laat in de
avond op te halen en er de hele nacht en een deel van de morgen aan te
werken om ze, voordat hun eigenaars naar hun werk moesten, weer te
kunnen afleveren. Maar wanneer moest de schoenlapper nu zijn
ochtendgebed zeggen? Moest hij bij het aanbreken van de morgen eerst
gauw bidden en dan weer snel aan het werk gaan? Of moest hij de
vastgestelde tijd voor het gebed voorbij laten gaan en af en toe, bij
het opheffen van zijn hamer, de verzuchting slaken: “Wee mij, want ik
heb nog niet gebeden!”?’
Lees meer: Gebed